Een vlekkeloze relatie met een goede bewindvoerder

Toegegeven, toen meester De Schryver in de lente van 2005 het bewindvoerderschap over mij aanvaardde, had ik er al enkele jaren voorlopig bewindvoerderschap van mijn schoonbroer opzitten. Ik was dus niet, zoals dat dan heet, aan mijn proefstuk toe. Al had mijn schoonbroer dat prima gedaan hoor, geen speld tussen te krijgen.

Jodelen van enthousiasme

Belangrijker in dat opzicht: na een haast ononderbroken roetsjbaan van een opname vanaf de zomer van 2002, inclusief twee jaar gedwongen opname, was er in 2005, naast kilometers ziekte-inzicht en het besef dat ik a/ van de tranquillizers moest afblijven en b/ mijn reguliere medicatie correct moest innemen ook het besef dat ik écht niet met geld kon omgaan. Laat nu net dat besef de basis, zeg maar gerust het fundament voor een goede relatie tussen een cliënt en zijn al dan niet professionele bewindvoerder zijn.

Neen, een mens staat niet meteen te juichen en jodelen van enthousiasme als de eerste omtrekken van het concept bewindvoering aan de einder opdoemen, laat dat duidelijk wezen. En ja, toen mijn schoonbroer in de lente van 2005 uiteindelijk de handdoek in de ring gooide omwille van gezondheidsredenen –hij heeft een ernstige vorm van diabetes- haalden we in de familie lichtjes opgelucht adem. Want ondanks zijn uitstekende werk wrong er wel degelijk meer dan één schoentje: de relatie tussen mij en hem dreigde op de duur nog meer te verzuren dan alle ingrediënten van een middelgroot scheikundelaboratorium samen. Maak u geen zorgen dierbaar publiek: de relatie tussen ons is weer even hartelijk en familiair als van voor zijn bewindvoering, geen vuiltje aan de lucht.

Witte raven

Enter meester De Schryver. Hij was mij die lente aangeraden door mijn toenmalige begeleidster van Walden, een organisatie van beschut wonen in en rond Leuven, waar ik vier jaar bij gewoond heb. En ja, alhoewel mijn financiële dossier nog ingewikkelder was dan pakweg de Godsbewijzen van filosoof Thomas Van Aquino, viel dat eerste contact reuze mee. Ik zal nu proberen te ontleden waarom meester De Schryver één van die jammer genoeg zeldzame witte raven is die zijn werk als professioneel bewindvoerder ter harte neemt.

Om te beginnen was er dat begrip van zijn kant. Nu, de ervaring heeft mij wel geleerd dat als ik zeg dat ik mijn kandidaturen Communicatiewetenschappen en een opleiding Journalistiek, allebei met onderscheiding, heb afgemaakt, ik soms toch op wat begrip kan rekenen. Opleiding is samen met geld één van de machtigste statussymbolen die er zijn, hamerde mijn cursus Sociologie destijds. En vermits mijn financiële situatie meestal schippert op, ik schreef het al, de rand van een schipbreuk à la The Titanic moest ik het wel over een andere boeg gooien. Maar meester De Schryver gaf mij dus een eerlijke kans, en dat scheelde. Hij gaf mij ook een eerlijke kans toen ik na vier jaar wonen bij dat eerder geciteerde Walden alleen wilde gaan wonen, eerst in Lovenjoel, in Vlaams Brabant, en tegenwoordig in een fijn appartement in het centrum van mijn geboortestad Hasselt. 

De ezel uit het sprookje

Heb ik u trouwens al verteld over het professionalisme van mijn bewindvoerder? Mijn oom/vertrouwenspersoon, iemand die, met een carrière in een leidinggevende functie van meer dan 40 jaar in de residentiële psychiatrie, heus wel het klappen van de zweep kent, staat altijd met zijn mond vol verbazing mee te luisteren hoe meester De Schryver mijn netelig dossier tot in de puntjes beheerst. De Schryver weet perfect welke rekeningen dringend betaald moeten worden, welke nog even kunnen wachten en wanneer bijkomende boetes of verwijlintresten ter sprake komen blokt De Schryver, dixit mijn oom, die laatste keer op keer af. 

Een goede relatie komt van twee kanten natuurlijk en wat dat betreft heb ik op mijn beurt tonnen begrip voor meester De Schryver. Als hij de rekeningen niet kan betalen, zit ik desnoods maar een tijdje zonder tv-kabelabonnement of internet; gewoon omdat ik weet dat hij zijn best doet en niet zoals de ezel uit het sprookje geld tevoorschijn kan toveren. En zie, daar zitten we naadloos bij de titel van mijn voordracht: een goede connectie begint met wederzijds begrip: hij beseft dat ik onmogelijk de betaalde journalistiek in kan en ik besef –meestal toch- dat hij het onderste uit de kan van mijn precaire financiële situatie schraapt.

You’ll never walk alone

Ja, ik heb nog werkpunten, veel zelfs. Ik kan nog steeds voor geen meter met geld om, maar zolang dat inzicht bij mij even overeind blijft als de scheve toren van Pisa, kan ik er ook aan werken. Spaarzaam zijn ligt, anders gezegd, mijlenver uit mijn comfortzone, maar het is niet omdat je iets niet kan dat je het niet kan leren.

Vandaar dus het werkwoord uit mijn titel. Jahoor, het leven is door de band genomen ploeteren, maar zolang je als ex-psychiatrisch cliënt een bewindvoerder, professioneel of vrijwillig, vindt die mee wil timmeren aan jouw best wel moeilijke weg en je elkaar begrijpt, bewandel je je pad in elk geval niet alleen.

Ik dank u voor uw aandacht.

-Filip Hermans